“Goed nieuws!!! Gisteren hebben wij de hele dag bezoek van de onderwijsinspectie gehad en zij hebben ons goedgekeurd!! Wij hebben weer een zogenaamd basisarrangement voor de komende vier jaar ontvangen. Dat wil zeggen dat zij vinden dat ons onderwijs op goed peil is en zij hebben er vertrouwen in dat wij ons goed doorontwikkelen. Nu vonden wij dat zelf ook al maar het is toch erg fijn als de opdrachtgever en financier dat ook zo beoordeelt. Het mooiste compliment dat wij kregen vond ik dat wij een stevig team van leerkrachten hebben met grote pedagogische kwaliteiten.”

Dit bericht werd gisteren geplaatst op de Facebookpagina van De Kleine Johannes Vrijeschool in Deventer. Dankzij de blog van Michel Gastkemper kreeg ik het onder ogen.

Moeilijke zaak, een bericht als dit.

Is het goed nieuws?
Gaat het nu goed met De Kleine Johannes?
Ging het er slecht?
Vanuit welk gezichtspunt ging of gaat het er eigenlijk goed, of slecht?
Hoe ging het met de kinderen op school, en hoe gaat het nu met hen?
Leren ze nu beter en sneller lezen en rekenen?
Hoe gaat het met hun ontwikkeling op niet-meetbare gebieden?

Misschien ben ik een oude zeur en is dit gewoon goed nieuws!

Maar… leerkrachten die de onderwijsinspectie beschouwen als ‘opdrachtgever’…?
En als ‘financier’…?

Die leerkrachten hebben nog een aardige door-ontwikkeling voor de boeg.

Een eerste kleine leerinstructie:
Als het al nodig is om binnen het onderwijs te werken met het idee dat er een ‘opdrachtgever’ is, dan is het kind, en plaatsvervangend de ouders, de opdrachtgever.
En het idee dat de onderwijsinspectie (bedoeld zal wel zijn: de rijksoverheid) financier van het onderwijs is, is een idee waarvoor ik geen voldoende zou geven: de overheid doet niets anders dan het herverdelen van door burgers en bedrijven ter beschikking gestelde gelden. Die overheid doet dat (althans, dient dat te doen) in overeenstemming met de wil van het volk, zoals tot uitdrukking gebracht in het parlement. Niet de overheid, maar wij zelf financieren dus het onderwijs.

De leerkracht die dit ten volle beseft is er een die de aan hem toevertrouwde kinderen kan vóór gaan in hun ontwikkeling. Hij is niet de loopjongen van boven hem staande machten.

Hij kan vol meedoen in dat wat De Kleine Johannes Vrijeschool, getuige zijn website, als missie heeft:

“De Kleine Johannes maakt zich sterk voor een harmonieuze ontwikkeling van onze leerlingen. Dat betekent aandacht voor “hoofd, hart en handen”.  Persoonlijke en creatieve ontwikkeling tellen bij ons net zo zwaar als een goede beheersing van taal en rekenen. De talenten en mogelijkheden van het kind zijn voor ons leidend.
[Gelukkig maar, ik dacht even dat de onderwijsinspectie de leidende factor was… – jh]

“Onze missie: inspirerend onderwijs bieden zodat onze leerlingen met zelfvertrouwen, zelfbewust en met aandacht voor hun omgeving in het leven staan.”
[Met zelfvertrouwen, zelfbewust…? Dan zullen de leerkrachten hen daarin toch tot voorbeeld moeten zijn? – jh]

Woorden zijn bijzondere dingen. Ze kunnen al naar gelang degene die ze gebruikt van kleur verschieten, van betekenis veranderen. Ze kunnen worden ontdaan van hun inhoud, volkomen hol zijn, en toch mooi klinken.

Leuk hoor, Driegonaal bederft weer eens een feestje.