peterschilinski
Peter Schilinski (1916-1992) zette zich vanaf 1945 tot aan zijn overlijden in voor de sociale driegeleding. Dat deed hij tientallen jaren in ‘Modell Wasserburg’ aan de Bodensee in Zuid-Duitsland, een plek waar gespreksavonden, cursussen en andere bijeenkomsten werden georganiseerd en waar hij ook het tijdschrift Jedermann (later omgedoopt in Jedermensch) uitgaf, waarin hij honderden artikelen schreef die vaak opvielen door hun toegankelijke helderheid.

In 1972 was hij, op reis door Nederland, in gesprek met Dieter Brüll, waarvan een neerslag werd gepubliceerd in het toenmalige tijdschrift Jonas (jrg.2, nr.17).
Hier een klein fragment uit dat gesprek, waarin Schilinski vertelt hoe hij de sociale driegeleding tegenkwam:

“lk ben altijd bewogen geweest door de vraag: hoe kan men álle mensen helpen? Ik was onbevredigd als slechts enkelen werden ondersteund, bijvoorbeeld als één mens de studie van drie studenten financierde, of een kleine groep een andere grotere groep probeerde te ondersteunen. De vraag: hoe kan men álle mensen helpen, leidde me aanvankelijk naar het marxisme. Dat is al lang geleden, meer dan dertig jaar en ik heb toen door het marxisme leren inzien dat het zo niet gaat. Want de partijleiding kan niet weten wie er hulp nodig heeft. De partijleiding moet, op grond van haar officiële principes, de ‘goeden’ begunstigen en de activiteiten van de ‘slechten’ verhinderen.

Steeds opnieuw heb ik met de vraag geworsteld: hoe kan het recht en de vrijheid van iedere mens worden verwerkelijkt? Toen heb ik aan het einde van de Tweede Wereldoorlog op een eigenaardige manier het boek van Rudolf Steiner De kernpunten van het sociale vraagstuk in handen gekregen.
Wij hadden een studiegroep voor Marxisme en we waren juist in een stadium gekomen dat wij tot de conclusie kwamen: zo gaat het niet. Ik was zeer gedeprimeerd. Toen kwam iemand met een rijdend bibliotheekje langs. In die tijd waren er bij ons bijna geen boeken te krijgen en er was een al helemaal aan flarden gelezen boekje bij, dat ik vanwege de titel kocht. Daar stond namelijk op de omslag De kernpunten van het sociale vraagstuk.
Wij hadden net enkele duizenden bladzijden van Marx Das Kapital doorgewerkt en we vonden het om zo te zeggen bespottelijk dat iemand op 110 bladzijden de kernproblemen van het sociale vraagstuk zou kunnen behandelen. We vonden het ook ongelooflijk aanmatigend, maar ik zei tegen de anderen: “Als wij zoveel duizend bladzijden gelezen hebben, dan kunnen die 110 bladzijden er ook nog wel bij…”
Op die manier ontstond de eerste marxistische studiegroep voor de kernpunten van het sociale vraagstuk.
De studiegroep viel hierdoor uit elkaar. Enkelen vonden: ‘Dat is complete nonsens, laat die man maar in zijn eentje verder studeren hij weet kennelijk niet wat hij wil’. Maar ik had indertijd het gevoel: er zit geweldig veel in, alleen weet ik niet wat; je moet je er diepgaand mee bezighouden. Ik heb toen ongeveer twee jaar lang praktisch niets anders gedaan dan dit boekje en de geschriften van Steiner op maatschappelijk gebied bestuderen.”

53

In het Nederlands verscheen een kleine verzameling artikelen van Peter Schilinski; samen vormen ze een mooie toegang tot de sociale driegeleding.
KLIK HIER voor nadere informatie